In al die jaren sinds 2016 heb ik Han leren kennen als een betrokken, bewogen en warm mens.
Hij treedt niet vanzelfsprekend op de voorgrond, maar hij laat ook bepaald niet over zich heenlopen, als hij denkt dat het belang van het Inloophuis of de bezoekers in het geding is.
Uit eigen ervaring weet ik dat in zo’n functie het werk nooit af is. Je zou het allemaal nèt wat mooier en beter willen doen, maar voordat je het ene probleempje helemaal hebt opgelost, dient zich alweer een ander aan. En altijd is er de zorg om nieuwe vrijwilligers te werven en in te werken. En dat het werk voor de bestaande vrijwilligers leuk en motiverend blijft. En vooral hoe ik de organisatie zo inricht, dat bezoekers zich welkom voelen, veilig en gewaardeerd als mens. Voor Han staat dat altijd voorop. Het blijkt ook uit het motto van het Inloophuis: ‘binnen zonder kloppen’. We hebben geen grote zaal, maar een huiskamer. Het blijkt uit Hans benadering van de gasten, het blijkt uit Hans opstelling naar het bestuur en de buitenwereld.
Van Han heb ik voor het eerst gehoord over de theorie van Andries Baart, die deze heeft geformuleerd als de ‘presentiebenadering’. Baart omschrijft die benadering zo:
Kenmerkend in de presentie-benadering is de gerichtheid op het scheppen van rechtvaardige en liefdevolle menselijke verhoudingen, met name waar mensen onaanzienlijk, arm, ‘sociaal overbodig’, doodziek of ‘hopeloos’ zijn. Daarmee onderscheidt de presentie zich met nadruk van wat momenteel de hoofdstroom is in de verzakelijkte, marktgerichte en op productie georiënteerde zorgverlening.
De inzet van de presentie-beoefening is de mens, zijn waardigheid, zijn kostbaarheid en zijn verlangen naar geborgenheid.
Deze oriëntatie heeft diepe wortels in het christelijke, en met name katholieke sociale denken maar zeker ook in de humanistische traditie. De presentie-beoefening richt zich op professionals maar zeker ook op vrijwillig(st)ers.